De personeelsvertegenwoordiging – een OR-light?
Wist je dat kleinere ondernemingen, met minder dan 50 werknemers, toch medezeggenschap moeten regelen? Een soort OR-light. De Wet op de ondernemingsraden (WOR) geldt gewoon, hoewel in afgeslankte vorm. Het wordt officieel de personeelsvertegenwoordiging (PVT) genoemd. Welke rechten en plichten zijn van toepassing? Wat mag, kan, moet een PVT? Hier lees je het, plus tips voor de PVT!
Vanaf 10 werknemers al medezeggenschap
Met minder dan 50 werknemers hoeft meestal geen ondernemingsraad (OR) te worden ingesteld. Toch is vanaf een ondergrens van 10 werknemers al medezeggenschap geregeld. Er zijn dan vier mogelijke vormen:
- Een verplichte OR als dat in de CAO is vastgelegd (bijv. in diverse zorg- en welzijns-CAO’s);
- Een vrijwillige OR, omdat werknemers en bestuurder dat zijn overeengekomen;
- Een personeelsvertegenwoordiging (PVT) een soort OR, met aangepaste bevoegdheden;
- Een personeelsvergadering (PV) voor organisaties zonder OR of PVT.
Hieronder lees je de regels voor een PVT
Is er sprake van een OR, dan gelden alle rechten en plichten conform de WOR. Is er echter sprake van een PV of PVT, dan zijn de WOR-artikelen 35 b, c en d van toepassing.
Hoe richt je een PVT op?
Een PVT kan worden ingesteld op initiatief van de bestuurder of wanneer de meerderheid van het personeel daarom vraagt. De organisatie moet dan minimaal 10 werknemers in dienst hebben. Hoe het personeel daarom moet vragen is niet geregeld, dus hoe je dit verzoek wil doen staat vrij.
Verkiezingen?
Een PVT kent minimaal 3 via verkiezingen gekozen leden. Meer mag, in overleg met de bestuurder. Het is verstandig om een verkiezingsreglement op te stellen, ook al schrijft de WOR dat niet voor de PVT voor. Bij voorkeur als onderdeel van een algemeen PVT-reglement. Met ook regels voor samenstelling, zittingsduur, kandidaatstelling, verkiezingsprocedure en de werkwijze van de PVT.
Wanneer voor het eerst een PVT wordt ingesteld dan moet de bestuurder de verkiezingen voor de PVT (laten) organiseren.
Faciliteiten?
De PVT heeft recht op faciliteiten, zoals vergaderruimte, communicatiemiddelen, reguliere hulpmiddelen. Dat is hetzelfde geregeld als voor een OR. Ook is geregeld dat PVT-tijd werktijd is, ‘met behoud van loon’.
Anders dan voor een OR is niet voor de PVT geregeld hoeveel dagen scholing gebruikt mogen worden. Dat vergt nadere afspraken tussen PVT en bestuurder.
Hoewel een PVT – net als een OR – kosten mag maken, is het mogen inhuren van een externe deskundige anders geregeld. Dan is toestemming van de bestuurder vereist.
Bevoegdheden?
Een PVT heeft minder bevoegdheden dan een OR, maar kan evengoed overleg plegen over alles dat in het belang is van een goed functionerende organisatie. Ook al heeft de PVT niet het formele initiatiefrecht zoals een OR (art. 23), toch zijn alle organisatorische, sociale, financiële of strategische onderwerpen bespreekbaar te maken met de bestuurder.
Informatierecht?
De PVT heeft recht op alle informatie die zij redelijkerwijs nodig heeft om haar werk te kunnen doen. De bestuurder moet die dan geven, echter niet per se schriftelijk zoals bij een OR.
Minimaal eenmaal per jaar bespreekt de PVT de algemene gang van zaken met de bestuurder. Die geeft dan informatie over werkzaamheden en resultaten, over verwachtingen voor het komend jaar en het te voeren sociaal beleid.
Instemmingsrecht?
Een PVT heeft instemmingsrecht over een beperkt aantal onderwerpen. Het moet gaan over personeelsregelingen. Het gaat om minder onderwerpen dan voor een OR van toepassing is.
Adviesrecht?
Net als bij het instemmingsrecht heeft een PVT adviesrecht. Dat gaat over een beperkt aantal onderwerpen: minder dan een OR. Kort gezegd als het gaat om voorgenomen besluiten die (kunnen) leiden tot verlies van werk van ten minste een kwart van de werknemers, of tot een belangrijke verandering van het werk of de arbeidsvoorwaarden.
Geheimhouding?
Geheimhouding is anders dan bij de OR niet geregeld voor de PVT. Het is wel verstandig om hier duidelijke afspraken over te maken. WOR-artikel 20 geeft hier richtlijnen voor.
Beroepsrecht?
De PVT kan in beroep gaan, zoals ook voor de OR in artikel 36 geregeld is.
Aanvullende afspraken tussen PVT en ondernemer
Volgens WOR-artikel 32.2 kan de PVT meer bevoegdheden krijgen dan wat de WOR opsomt: er kunnen aanvullende zaken worden geregeld dan wat in de WOR is bepaald. Dit gaat dan door middel van een schriftelijke overeenkomst tussen ondernemer en PVT. Veel voorkomende extra afspraken gaan over het informatierecht, over het adviesrecht en het instemmingsrecht.
Conclusie
Er is aardig wat geregeld voor een PVT, maar het is wel een gepuzzel. En er zijn nog behoorlijk wat details om kennis van te nemen. In dit artikel hebben we alles sterk verkort weergegeven. Stuur ons daarom een reactie als je meer wil weten. Wij hebben al menige PVT én directie geholpen de weg te vinden in het doolhof van spelregels. Wil je hulp bij het puzzelen: je weet ons te vinden!